Terug naar de basis van je vak in tijden van schaarste.
Het verpleegkundig proces bestaat al járen. Waarom dan toch weer een boek hierover? We gingen in gesprek met Jelle Reijngoudt, auteur van 'Het verpleegkundig proces: Op weg naar de best passende zorg'. Een interview over de veranderende zorg, doen, doen, doen en hervorming teweegbrengen als beroepsgroep in tijden van schaarste.
‘De professionaliseringsslag kun je alleen maken als je gaat focussen op het verpleegkundig proces.’
Jelle Reijngoudt is verpleegkundige en werkt als docent-onderzoeker bij de opleiding hbo verpleegkunde bij Fontys Mens en Gezondheid. Samen met José van Dorst, verpleegkundige en promovenda, schreef hij Het verpleegkundig proces. Een verfrissende uitgave met hernieuwde blik op het verpleegkundig proces.
Doen we niet teveel of nu juist te weinig?
Dubbele vergrijzing, schaarste alom; door de groeiende druk op de zorg rijst de vraag hoe we hier als verpleegkundigen mee om moeten gaan. Niet alleen met het oog op (toekomstige) schaarste, maar juist ook om de kwaliteit van zorg te vergroten moeten we de juiste dingen doen en de juiste dingen laten.
‘In de verpleegkundige praktijk signaleren we dat essentiële fases uit het verpleegkundig proces worden overgeslagen; er wordt steeds meer op interventie gefocust. Wassen, aankleden, allemaal handelingen die makkelijk af te bakenen zijn. Hiermee wordt echter voornamelijk symptoombestrijding uitgevoerd en wordt de oorzaak van het probleem niet bestreden.’
‘Doen, doen, doen, maar je niet meer afvragen wat je doet.’
Dat vraagt een brede kijk op gezondheid
‘Als verpleegkundige denk ik dat we de zorg holistisch moeten benaderen, de zorgvrager in zijn geheel bekijken. Holistisch in de zin dat je niet alleen kijkt naar waarom deze persoon in bijvoorbeeld het ziekenhuis komt, maar breder kijken, wat speelt er rondom deze persoon. Er bijvoorbeeld voor zorgen dat iemand veilig naar huis kan gaan in plaats van "de gebroken arm is behandeld, zij kan weer terug naar huis" (alwaar ze weer valt en opnieuw een breuk op loopt). Kortom, een brede kijk op niet alleen ziekte, maar ook op onder andere het sociaal netwerk, zingeving, mentaal welbevinden, spiritualiteit en autonomie. Niet alleen in de wijk, maar ook in het ziekenhuis, de ggz, de ouderen- en de gehandicaptenzorg.
| Juist de verpleegkundige is in staat om vanuit die holistische benadering te kijken; de verpleegkundige overziet zorgvragers in hun context.
‘Maar ook in het klinisch redeneren breder kijken. Internationaal is de definitie van klinisch redeneren veel holistischer dan hoe we het in Nederland gebruiken. Diabetes mellitus en hartfalen hangen bijvoorbeeld samen; hoe kun je dat als verpleegkundige beïnvloeden? En welke impact heeft dit op het mentaal welbevinden van de zorgvrager?’
‘Door de brede kijk in de anamnese kun je achterhalen wat voor een cliënt belangrijk is. Een goede anamnese is de enige methode om tot goede verpleegkundige diagnostiek te komen, om vervolgens de juiste doelen op te stellen en tot de meest passende interventies te komen. Alleen hierdoor kunnen we onderaan de streep het goede doen,’ aldus Jelle. ‘Als we tijd gaan besparen op anamnese of op goede verpleegkundige diagnostiek, dan weten we ook niet of we de goede zorg gaan leveren.’
‘We zien dat het verpleegkundig proces in al zijn fases ondergesneeuwd is geraakt.’
‘En loop daarbij ook niet in de valkuil door te zeggen dat de arts al de anamnese heeft afgenomen. Dan heb je het niet goed begrepen, want een arts neemt een heel ander type anamnese af dan de verpleegkundige. Het medisch domein en het verpleegkundig domein opereren naast elkaar en er is gedeeltelijk overlap, maar het zijn echt twee verschillende taken van wetenschap.’
Je bent een essentieel stukje in iemands leven
‘Als verpleegkundige ben je soms slechts een heel klein onderdeel van iemands leven, maar hoe kortstondig ook, het kan een heel essentieel stukje zijn. We moeten daarom terug naar de basis van ons verpleegkundig vak en dat aan studenten meegeven in de opleiding.’
Leuk en aardig, maar de tijd ontbreekt
‘Heel vaak wordt er gezegd ‘We hebben er geen tijd voor, dus we doen het maar niet.’ Veel studies tonen aan dat we door een goede anamnese af te nemen en goede verpleegkundige diagnostiek toe te passen de opnametijd van de zorgvrager kunnen verkorten of heropname in het ziekenhuis kunnen voorkomen.’ ‘En waarom kan een arts absoluut niet de eerste fase overslaan, maar een verpleegkundige wel? Het zou toch te gek voor woorden zijn als een arts zomaar wat gaat doen, zonder eerst de klachten in kaart te brengen en tot een diagnose te komen?’
‘Ook in de interventies kun je anders te werk gaan. Bijvoorbeeld door in de wijkverpleging tijdelijk meer tijd te indiceren voor het ondersteunen bij het douchen van een zorgvrager, waarna de zorgvrager de handeling weer zelfstandig uit kan voeren. Door op korte termijn te investeren, kan op de lange termijn bespaard worden. Enerzijds in geld, maar anderzijds stijgt hiermee ook de kwaliteit van leven van de zorgvrager. De essentie van verpleegkunde zit ‘m ook in het ondersteunen bij zelfredzaamheid.’
‘En in de coronatijd namen mantelzorgers handelingen over van de wijkverpleegkundige; toen kon de familie of vriend het opeens wel en eerder niet. Daar moeten we in deze tijd van schaarste kritisch op zijn; het is geen goede zorg als iemand het toch zelf blijkt te kunnen of als het op een andere plek georganiseerd kan worden. Als we op efficiënte manier de zorg organiseren, alleen dan kunnen we ook zoveel mogelijk mensen de meest noodzakelijke zorg bieden. Kwaliteit van zorg, van leven of kwaliteit van sterven.’
Kritisch naar het vak, het verpleegkundig proces en jezelf kijken
‘We willen met dit boek de verpleegkunde op scherp zetten en verpleegkundigen kritisch naar zichzelf laten kijken: ben je nog met het goede bezig, of ben je alleen maar handelingen aan het uitvoeren?’
Voor starters is het leerzaam, maar zeker ook voor ervaren verpleegkundigen, die mogelijk worden meegezogen in het dagelijkse proces van de zorg en doen wat ze al jaren doen. Dan ben je misschien minder kritisch. Het verpleegkundig proces helpt je weer kritisch naar jezelf te kijken.
Hoe anders dan andere boeken is Het verpleegkundig proces?
’Wat anders is, is dat Het verpleegkundig proces is geschreven vanuit de context van de hedendaagse uitdagingen in de verpleegkunde. Een echte toevoeging vormen de valkuilen en misvattingen per fase, die fungeren als een spiegel voor de student en verpleegkundige.’
‘Vanuit schaarste, tijdgebrek geschreven. Zet je op scherp met voorbeelden van valkuilen.’
‘Ik zie ook zelfs bij eerstejaars studenten die ik les geef, en die nog geen stage hebben gelopen, dezelfde valkuilen terugkomen. Nog voordat ze de eerste diagnose gesteld hebben, trappen ze in een valkuil’, zo zegt Jelle. ‘Dat is verpleegkundigen eigen: ze zijn geneigd heel oplossingsgericht te denken. Eén van de valkuilen is bijvoorbeeld het opnemen van interventies in de doelen die je stelt, dat zie ik steeds terugkomen in de onderwijs- en de zorgpraktijk. Dat doen studenten al zonder dat ze de zorgvrager in levenden lijve hebben gezien. Vaak vertrekt een verpleegkundige (in spe) vanuit een interventie. Je hebt al een idee wat je wilt doen, bijvoorbeeld: twee keer per week douchen. Dan wordt het doel vervolgens ‘twee keer per week douchen’. Maar het doel is dat de zorgvrager zich hygiënisch en fris voelt. Daar hoort misschien een hele andere interventie bij. Misschien volstaat het wel om de zorgvrager één keer per week te douchen, of juist te wassen aan de wastafel.’
‘Het risico is dat je je interventie opneemt in je doel, Je denkt dan niet meer kritisch na: waarvoor doe ik dit eigenlijk?’
‘Dus wat moet je doen? Eerst je doel opstellen, en dan ga je pas nadenken: ‘hoe gaan we dat doel bereiken? En dan pas handelen. En uiteraard afstemmen op je zorgvrager; het is misschien niet bij elke zorgvrager noodzakelijk om vaak te douchen, iedereen heeft een hele andere belevenis van hygiëne.’
Zit gedragsverandering vanuit positieve gezondheid erin?
‘Zelfredzaamheid en gedragsverandering vanuit positieve gezondheid stippen we steeds aan, het loopt eigenlijk als rode draad door het boek heen. We kijken steeds: wat kan de zorgvrager eigenlijk zelf? Dat is geïntegreerd in het hele proces.’
En interprofessionele samenwerking?
‘Samenwerken binnen en buiten de eigen discipline komt met name terug in het hoofdstuk rondom het kiezen en uitvoeren van interventies. Dan hebben we het onder andere over de keuze welke discipline een interventie uitvoert gelet op kostenefficiëntie en kwaliteit. Bijvoorbeeld bij rouwen: een psycholoog kan waarschijnlijk effectiever en efficiënter ondersteuning bieden en is in drie uur klaar, terwijl de verpleegkundige er tien uur over doet. Hierdoor bespaar je flink veel zorggeld, ook al is een psycholoog per uur een stuk duurder dan een verpleegkundige.’
In hoeverre behandelt het boek de technologische vooruitgang ?
'In het boek staat een model waaruit de plek van technologie blijkt volgens onze visie: Eerst kijken we naar de wens van de zorgvrager, dan naar "wat kan ie zelf?", vervolgens kijken we naar wat hulpmiddelen en technologie kunnen, dan bezien we "wat kunnen de naasten?", dan kijken we naar "wat kunnen de zorgdragers?" en tot slot kijken we naar wat er niet kan.’
Het model dat momenteel gehanteerd wordt in de zorg in Nederland eindigt daarentegen met "wat kan de zorgvrager?" ‘Sommige dingen kunnen gewoon niet. En wat niet kan, dat zit er niet in. We stevenen af op een situatie van steeds meer schaarste, er zijn gewoon ook dingen die niet meer kunnen.’
‘Het is absoluut een boek dat handvatten geeft om het verpleegkundig proces goed uit te voeren, terug te gaan naar de basis.’
Iedereen kan zich in het boek herkennen
Het verpleegkundig proces is domein-overstijgend; het is niet gemaakt voor één specifieke zorgsector. Hoewel onze achtergrond de wijkverpleging is, kijken we er breed naar, hoe je het ook in andere settings kunt toepassen.’
Didactiek
Het boek is de leidraad. In de online module zitten veel opdrachten/oefeningen waarmee we ingaan op de kosten-baten analyse en waarmee je individueel met de zorgvrager kunt kijken: wat is hier het meest efficiënt en hoe weeg je dat af?
‘Aan de slag dus.’
Binnen de opdrachten zijn er eerst oefenvragen aan de hand van de theorie. Verder bevat het studiemateriaal veel casuïstiek. De auteurs hebben daarbij duidelijk onderscheid gemaakt tussen verschillende zorgsectoren; de student kan zelf kiezen. Als student kun je dus een zorgvraag uit de praktijk zoeken en daarmee het volledige proces doorlopen. Of het nu in het ziekenhuis is, in de gehandicaptenzorg, de psychiatrie of de gevangenis, dat maakt in principe niets uit, want het proces is hetzelfde. Tot slot bevat het studiemateriaal één grote overlappende opdracht die voor elk werkveld hetzelfde is.
‘Just in time learning.’
Volg je een stage in de psychiatrie dan pak je die module; in de ouderenzorg dan pak je die module erbij. Daardoor blijft de stof beter hangen en is het interessant om er mee bezig te zijn.’
‘Er is bewust gekozen voor een aanvullende website bij het boek vooral ook om de opdrachten later te kunnen aanpassen. Er zijn namelijk erg veel ontwikkelingen in deze zorgsector en we willen studenten blijven prikkelen met opdrachten die daarop aansluiten.’
Wat leren de verpleegkundigen in spe vooral met dit studiemateriaal?
‘Vooral klinisch redeneren, kritisch denken en zelfreflectie. Daarbij leveren ze een verpleegplan op, waarin zij heel duidelijk het volgende opnemen: een voorstel vanuit anamnese, de gestelde diagnoses, het doel en welke interventies je daar op inzet. Plus: waarin je gaat meten of de interventies daadwerkelijk het juiste effect hebben. Studenten kunnen daarbij gebruik maken van een (digitaal) patiënten- of cliëntendossier of gewoon in Word werken.
Aansluitend op profiel BN2030
‘We zien vanuit het opleidingsprofiel BN2030 dat het kritischer kijken naar jezelf en de zorg die je levert -dus het kritisch denken- een steeds sterkere positie krijgt. Maar ook de rol van technologie en de regie voeren, het samenwerken met andere disciplines. Dat komt in het boek, maar ook in de opdrachten sterk naar voren. We doen een beroep op alle competenties uit het competentie-profiel.'
‘Gaan we terug naar de basis en pakken we meer eigenaarschap, dan kunnen we als beroepsgroep een verandering teweegbrengen!’
In Het verpleegkundig proces laten de auteurs zien hoe je het verpleegkundig proces kunt inzetten als middel om te komen tot de best passende zorg voor de zorgvrager. Niet alleen met het oog op de (toekomstige) schaarste, maar juist ook om de kwaliteit van zorg te vergroten door de juiste dingen te doen en de juiste dingen te laten als verpleegkundige.
Het verpleegkundig proces is geschreven vanuit de context van de hedendaagse uitdagingen in de verpleegkunde. De vele praktijkvoorbeelden en casuïstiek maken de toepassing in de praktijk voortdurend zichtbaar. Het boek sluit aan op het nieuwe opleidingsprofiel BN 2030.